Palmen zaden
Palmen symboliseren voor ons Midden-Europeanen steeds vakantie, zomer, strand en zee. Niet alleen daarom zijn ze tot de populairste kamerplanten geworden, maar zeker ook vanwege hun indrukwekkende verschijning.
Palmen behoren tot de planten, die voorbestemd zijn voor de teelt uit zaden, omdat ze als eenzaadlobbige planten niet door middel van stekjes en alleen maar moeilijk door ongeslachtelijke voortplanting geteeld kunnen worden. Sommige palmen vormen spruiten, waaruit verdere planten getrokken kunnen worden, maar dit geldt lang niet voor alle soorten. Voor de teelt van palmen uit zaden heeft men echter iets heel bijzonders nodig: een lange adem en veel geduld. De zaden ontkiemen namelijk zeer onregelmatig en hebben soms een zeer lange ontkiemfase van weken tot maanden of zelfs tot een jaar. Eén keer gezaaid, hebben ze een gelijkmatige warme locatie nodig en met veel geluk ontdekt men uiteindelijk een kleine groene scheut.
Palmenzaden kunnen volledig verschillende maten en vormen hebben, van kleine roodachtige bessen tot machtige kokosnoten. Belangrijk voor hun kiemkracht is net als bij alle planten de leeftijd: hoe verser het zaad, des te beter ontkiemt het. Palmen-zaden profiteren ervan, als ze voor het uitplanten tot 72 uur in regelmatig ververst water worden geweekt en de schil geopend of helemaal wordt verwijderd. Een goede methode is ook hier, de zaden bijvoorbeeld samen met veenmos in een kiemzak (zip lock zakje van plastic) te doen en bij een temperatuur tussen 26 und 33 °C laten ontkiemen.